Heeft u een interessante onderzoeksvraag? PO.fysiotherapie@han.nl

Het meten van de Heart Rate Variability is voor het vaststellen van centrale sensitisatie niet relevant.

Musculoskeletaal

Onderzoek door: Emmie van Beuningen, Sarah Kerkhof en Anouk Willems

Volledige titel: Heart Rate Variability een aanvulling op de Central Sensitization Inventory bij het vaststellen van centrale sensitisatie bij mensen met chronische pijnklachten? 27-November-2019

Eén op de vijf Nederlanders ervaart chronische pijnklachten aan het bewegingsapparaat. Deze klachten zijn gekoppeld aan het fenomeen centrale sensitisatie. Tot nog toe zijn er verschillende manieren om centrale sensitisatie te inventariseren. Een manier die in praktijk vaak gebruikt wordt, is door middel van de CSI-vragenlijst. Dit roept veel vragen op zoals: is deze vragenlijst voldoende, is het meten van de HRV een aanvulling op het vaststellen van centrale sensitisatie en is er een verband tussen centrale sensitisatie en HRV bij patiënten met chronische pijn. Een verminderde HRV als gevolg van een dysregulatie in het autonome zenuwstelsel is gerapporteerd bij mensen met fibromyalgie (Baker, K.S., et al., 2016), mogelijk zou dit ook gevonden kunnen worden bij andere chronische pijnklachten. Dit onderzoek is gericht op het onderzoeken van een verband tussen centrale sensitisatie en HRV.

Methode
De deelnemers zijn 18+ met chronische pijnklachten aan het bewegingsapparaat, daarbij is de Challenge Test (één minuuttest) afgenomen om  de HRV te meten. Vervolgens is de CSI-vragenlijst ingevuld voor het bepalen van de mate van sensitisatie en daarnaast is de 4DKL ingevuld voor het inventariseren van psychosociale klachten. Een mogelijk verband is getoetst met logistische regressie.

Resultaten
Er zijn geen significante relaties gevonden tussen centrale sensitisatie (wel/niet) en HRV genormaliseerde coherentie (schaal) (B= -0.01; p= 0.68) of centrale sensitisatie (wel/niet) en HRV genormaliseerde coherentie  (afkapwaarde)  (B= 19.59; p= 0.99). Er zijn ook geen significante relaties gevonden tussen stress en centrale sensitisatie en tussen stress en HRV. De CSI sensitisatie (wel/niet) is hierbij vergeleken met de stresscomponent van de 4DKL, benoemd als ‘’distress’’ (ordinaal), (B= -0.14; p= 0.26). Daarnaast is er een vergelijking gedaan tussen de genormaliseerde coherentie (afkapwaarde) en de component distress (ordinaal) (B= -0.02; p= 0.75).

Conclusie
Er is in dit onderzoek geen significante correlatie gevonden tussen centrale sensitisatie en HRV, waardoor geconcludeerd kan worden dat een verminderde HRV bij mensen met chronische pijnklachten geen aanvulling is op de CSI-vragenlijst.

Bron: Emmie van Beuningen, Sarah Kerkhof en Anouk Willems. Heart Rate Variability een aanvulling op de  Central Sensitization Inventory bij het vaststellen van centrale sensitisatie bij mensen met chronische pijnklachten? Juni 2019. Verslag van een Praktijkonderzoek in Semester 2 2018/2019 aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen in opdracht van Fysiotherapiepraktijk Van Dongen Vierlingsbeek, Wouter van Dongen.

Deel dit artikel op facebook
Heeft u ook een interessante onderzoeksvraag? deel uw ideeën met ons!

Agenda