De PHOSA-ACLR meet angst voor lichaamsschade bij amateurvoetballers.
Musculoskeletaal
Onderzoek door: Blake Lemmers, Hidde Reijns en Jeroen van de Ven
Volledige titel: Van oefenzaal naar voetbalveld: Meet de PHOSA-ACLR angst voor lichaamsschade in voetbal specifieke situaties bij amateurvoetballers? 16-January-2021
Onderzoek wijst uit dat angst voor het oplopen van een blessure na een voorste kruisband operatie de belangrijkste oorzaak is waarom voetballers niet terugkeren naar het oude sport niveau. Daarnaast blijkt dat deze mensen dertien keer meer kans hebben op het opnieuw scheuren van de voorste kruisband. Het is daarom belangrijk om de angst voor lichaamsschade voor voetbal activiteiten duidelijk in kaart te brengen. Helaas zijn er geen vragenlijsten of meetinstrumenten inzetbaar voor fysiotherapeuten om de mate van angst te kunnen meten. Het doel van deze studie is daarom het onderzoeken of de PHOSA-ACLR een voorspellende waarde heeft in het meten van angst voor lichaamsschade voor voetbal specifieke activiteiten. Dit biedt de mogelijkheid voor fysiotherapeuten om angst voor lichaamsschade bij voetballers doelgericht te behandelen.
Methode
In dit onderzoek werden twee vragenlijsten met elkaar vergeleken. Dit werd gedaan door twee verschillende vragenlijsten in te laten vullen door 102 amateurvoetballers. Een vragenlijst was de PHOSA-ACLR die angst voor lichaamsschade meet voor algemene sport gerelateerde activiteiten. Dit waren o.a. afbeeldingen van hardlopen, squaten, aanzetten naar een sprint en afremmen na een sprint. De andere vragenlijst die werd gebruikt was de AUVSS en bevat voetbal specifieke activiteiten weergegeven als videofragmenten. Deze vragenlijst werd wegens gebrek aan wetenschappelijke informatie over angst uitlokkende voetbal specifieke activiteiten door de studentonderzoekers ontwikkeld. Op deze manier werd het mogelijk om voetbal specifieke activiteiten te vergelijken met algemene sport gerelateerde activiteiten bij amateurvoetballers.
Resultaten
De PHOSA-ACLR heeft een gematigd tot sterke samenhang met de voetbal specifieke activiteiten uit de AUVSS. De meest sterke samenhang werd gevonden bij een groep mannelijke amateurvoetballers tussen 18 en 32 jaar zonder blessures en verleden met een voorste kruisband reconstructie. Opvallend is dat de AUVSS gemiddeld hoger scoort dan de PHOSA-ACLR. Zowel de samenhang als het verschil van gemiddelden tussen beide vragenlijsten waren niet berust op toeval.
Conclusie
Dit onderzoek toont aan dat de PHOSA-ACLR voorspellend is voor het meten van angst voor lichaamsschade voor voetbal specifieke activiteiten weergeven in de AUVSS. Echter brengt de PHOSA-ACLR niet in kaart voor welke voetbal specifieke activiteiten een voetballer daadwerkelijk angst heeft. Hierdoor is de PHOSA-ACLR beperkt in het meten van angst voor voetbal specifieke activiteiten.
Relevantie voor de praktijk
Fysiotherapeuten hebben de mogelijkheid om angst voor lichaamsschade bij voetballers vast stellen en deze doelgericht te behandelen.
Bron: B.E. Lemmers, H. Reijns & J. Van de Ven, Van oefenzaal naar voetbalveld: Meet de PHOSA-ACLR angst voor lichaamsschade in voetbal specifieke situaties bij amateurvoetballers? Verslag van een Praktijkonderzoek in Semester 2 2019/2020 aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen in opdracht van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, Wim van Lankveld.